Mijn vader was jarig, dus dat er werd gebeld was niet zo raar. Dat mijn vader wit weg trok wel. “Harrie is dood.” Ik was tien jaar oud en zoveel gebeurde er niet in mijn leven op het Sallandse platteland. Dus dit herinner ik me onwijs scherp. Dat ik op de bank zat van bruine ribstof, dat ik over de ronde houten knop wreef, dat mama met gevulde eitjes bleef zitten.
De gebeurtenis komt elk jaar wel even ter sprake op de verjaardag van pa. Mooi wel, dat iemand door zo’n toevalligheid nooit wordt vergeten. Terwijl ik Harrie amper kende. Zijn vader Willem was een broer van mijn oma Mien. Ik denk dat mij dat een oudneef maakt. Of een oudachterneef, daar wil ik vanaf wezen. De bloedband was vaag en ik kan me ook niet herinneren dat ik ooit een woord heb gewisseld met Harrie. Na mijn tiende kon dat niet meer. Toch ken ik hem, door die samenloop van omstandigheden, beter dan logisch is.
Hij is niet ouder geworden dan 26 jaar. Volgens de verhalen was Harrie een lieve, alternatieve jongen die een atelier had op de zolder van het oude café. Een hippie, ook al waren die toen al een tijdje op hun retour. ‘Harrie deed geen vlieg kwaad’, zegt pa als het erover gaat op zijn verjaardag. Jaren later, toen het oude café werd gesloopt, bleek dat Harries plekje er nog net zo bij lag als toen. Een grijper nam een hap uit het dak en we zagen de geschilderde sterren en vredessymbolen op de houten balken.
Op 11 december 1981, een vrijdag, maakte Harrie er een eind aan. Omdat hij niet meer tegen de raketten kon, fluisterde men. In die tijd waren kernraketten het belangrijkste thema. Ik heb de kranten van die dag opgezocht. Ze staan vol artikelen over Reagan, Brezjnev, vastgelopen onderhandelingen, een proxy-oorlog in El Salvador en middellange afstandsraketten van de NAVO. Geen idee of Harrie de kranten heeft gelezen die dag, maar ik kan me voorstellen dat het nieuws hem somber stemde. Opvallend: het echte nieuws zit vaak verstopt. Op deze dag was het een kort bericht over protesten in Gdansk. De Poolse havenwerkers en hun gezinnen waren het wel zat, die dictatuur. Was het anders gelopen als Harrie had geweten dat er acht jaar later mensen, dronken van geluk, bovenop de Berlijnse muur zouden staan?
Als ik dit schrijf, is het een week voor de verjaardag van pa. Bovenop de Eelerberg in Hellendoorn schop ik hijgend tegen één van de drie betonnen paaltjes. Er zit een dennenappel vast onder mijn hardloopschoen. Ik schraap de zool over het beton. En ik bedenk me dat op deze historische plek het gelazer met die raketten is begonnen. Ik sta op de afvuurplaats van de SS Werfer Abteilung 500. Op 4 december is het tachtig jaar geleden dat een V2-raket vanaf hier op weg vloog naar de haven van Antwerpen. Daar kwam de raket nooit aan.
Tollend stortte de raket neer bij Luttenberg. Dorpelingen kwamen kijken. Nieuwsgierig, want in hun levens op het Sallandse platteland gebeurde ook al niet zoveel. De Duitsers die hen wilden waarschuwden, raakten de weg kwijt. En na een tijdje sloeg de timer de slagpin in de lading. Negentien streekgenoten stierven door de ramp.
Een paar maanden later, op 17 maart 1945, schoten de SS’ers vanuit Hellendoorn elf raketten de lucht in. Dat was de allereerste tactische aanval met ballistische raketten ooit. De Duitsers schoten die dag op hun eigen land. Met de raketten hoopten ze de toevallig veroverde brug bij Remagen kapot te schieten. De eerste raket kwam nog behoorlijk dichtbij en doodde een Duits boerengezin, drie Amerikanen en achttien koeien. Hitler had hoogstpersoonlijk zijn complimenten gestuurd, vertelden trotse SS’ers een dag later in Hellendoorn.
Terwijl ik mijn schoenen schoonschraap aan de afvuurtafel, bedenk ik me hoe bijzonder het is. Hoe de geschiedenis bijna achteloos kan toeslaan in zo’n slaperige streek als Salland. We hoeven hier voor niets en niemand bang te zijn. Aardbevingen en overstromingen komen hier niet voor. Alle andere ellende waait wel weer over. Behalve raketten. Daar moet je voor uitkijken.
Over een week zullen we het vast hebben over die keer dat ma bleef zitten met de gevulde eitjes. Over toen, met Harrie. Dat het alweer 43 jaar geleden is. En we vertellen onze kinderen over de angst voor raketten. Die vrees is nog steeds niet weg.
Vaak ben ik in Luttenberg geweest. Meestal fietste ik er vanuit Ommen doorheen. Ik kende het verhaal over de V2 op 4 december niet.
Over Harry: Ik was het in die tijd met hem eens. Gelukkig heb ik wel de val van de muur meegemaakt. Hij rust in vrede.
Wat prachtig geschreven Bart en het roept hier (zeker bij Ben) bijzondere herinneringen op!🙏🙏